Vruchtgebruik is een recht om gebruik te maken van goederen die niet je eigendom zijn.
In een vruchtgebruik-testament is geregeld dat de kinderen eigenaar worden van hun deel van de erfenis (bijvoorbeeld het huis), maar dat de partner (de langstlevende) het mag blijven gebruiken. De kinderen hebben dus eigenlijk niets aan hun eigendom. Daarom noem je het een bloot eigendom.
Recht van vruchtgebruik langstlevende
Houdt de langstlevende het vruchtgebruik zolang hij leeft? Dat hangt ervan af. Je kunt in een testament bepalen dat het vruchtgebruik ophoudt als de langstlevende bijvoorbeeld hertrouwt of naar een verzorgingstehuis gaat. Het recht van vruchtgebruik eindigt dan. De kinderen krijgen het volledige eigendom van hun erfenis en kunnen ermee doen wat ze willen. Ook kan er in het testament bepaald zijn dat de langstlevende partner het vruchtgebruik tot de dood behoudt.
Rechten en plichten vruchtgebruiker
De rechten en plichten van de vruchtgebruiker worden bepaald door de inhoud van het testament en door de wettelijke regels voor het recht van vruchtgebruik.
Als de vruchtgebruiker/langstlevende de eigen woning wil verkopen of een extra hypotheek wil afsluiten, heeft deze de medewerking van de kinderen nodig. Dit kan tot problemen leiden als de verhoudingen niet zo goed zijn. De hulp van een gespecialiseerd erfrecht specialist kan hierbij een oplossing bieden.
Hulp en advies
\