Shockschade makkelijker te claimen?
In mijn blog van 21 oktober 2021 heb ik uitgelegd wat shockschade inhoudt. Bij shockschade is iemand getuige geweest van een bijzonder ernstig ongeval of de gevolgen daarvan. Onder bepaalde omstandigheden kunnen zij dan recht hebben op vergoeding van ‘shockschade’. Het gaat dan meestal om bijvoorbeeld nabestaanden of familieleden van het slachtoffer. Shockschade, ook wel schokschade genoemd, omvat smartengeld maar ook materiële schade die is ontstaan door het getuigen zijn van een bijzonder ernstig ongeval of de gevolgen daarvan. Denk aan verlies aan arbeidsvermogen omdat iemand niet meer kan werken of kosten van medische behandelingen.
De Hoge Raad heeft in 2022 een belangrijke uitspraak over shockschade gedaan, waarbij de regels om in aanmerking te komen voor shockschade simpel gezegd wat versoepeld zijn.
De Hoge raad bepaalde in zijn oorspronkelijke arrest over shockschade in 2002 (ECLI:NL:HR:2002:AD5356) de volgende vereisten om in aanmerking te kunnen komen voor shockschade:
- Er moest sprake zijn van de schending van een verkeers- of veiligheidsnorm (voorbeeld: een fietser wordt door een automobilist aangereden).
- Er moest sprake zijn van letsel of overlijden van het slachtoffer.
- Er moest sprake zijn van het waarnemen van het ongeval of van een directe confrontatie met de ernstige gevolgen van het ongeval (het confrontatievereiste).
- Er moest sprake zijn van een hevige emotionele schok waaruit geestelijk letsel voortvloeide, hetgeen in het algemeen slechts het geval kon zijn indien sprake was van een ‘in de psychiatrie erkend ziektebeeld’.
De Hoge Raad heeft in zijn uitspraak 20 jaar later (HR 28 juni 2022, ECLI:NL:HR:2022:958) de eerdere rechtspraak genuanceerd. Het gaat niet meer om vereisten maar om zogenaamde gezichtspunten:
- De aard, toedracht en gevolgen van de jegens het primaire slachtoffer gepleegde onrechtmatige daad, waaronder de intentie van de dader en de aard en ernst van het aan het primaire slachtoffer toegebrachte leed;
- De wijze waarop het secundaire slachtoffer wordt geconfronteerd met de tegen het primaire slachtoffer gepleegde onrechtmatige daad en de gevolgen daarvan;
- De aard en hechtheid van de relatie tussen het primaire slachtoffer en het secundaire slachtoffer, waarbij geldt dat bij het ontbreken van een nauwe relatie niet snel onrechtmatigheid kan worden aangenomen.
Voorheen waren er dus bepaalde vereisten die allemaal afgevinkt moesten worden om in aanmerking te kunnen komen voor shockschade. Nu moet de rechter deze gezichtspunten van geval tot geval beoordelen. Er hoeft dus niet meer voldaan te zijn aan alle gezichtspunten. Als er aan een gezichtspunt niet is voldaan, maar aan de overige gezichtspunten wel, dan kunnen die zwaarwegend genoeg zijn om een aanspraak op shockschade toe te kennen. De rechter krijgt hier dus meer vrijheid om te beoordelen of er een aanspraak op shockschade bestaat.
Verder benadrukt de Hoge Raad in zijn arrest van 2022 dat het moet gaan om schade die volgt uit, naar objectieve maatstaven vastgesteld, geestelijk letsel. Het moet dan gaan om geestelijk letsel dat gelet op aard, duur en/of gevolgen ernstig is en in voldoende mate objectiveerbaar. De oude eis dat het moet gaan om in de psychiatrie erkend ziektebeeld is, is dus ook losgelaten.
Het zou nu dus iets makkelijker moeten zijn om shockschade te claimen als uw partner, kind of ouder, een ernstig ongeval is overkomen en u hiervan getuige was. De praktijk zal dit gaan uitwijzen.
Heeft u een vraag over een shockschade, letselschade, of smartengeld? Neem dan contact op met Berntsen Mulder Advocaten. Wilt u meer weten over uw specifieke situatie? Belt of mailt u mij dan gerust. Dat kan via telefoonnummer 0172 – 42 71 91, e-mail l.calis@berntsenmulder.nl of vul het contactformulier in.