Frits maakt als ervaren wielrenner tijdens zijn vakantie een mooie rit door de bergen in Frankrijk. Een vrouw stapt vlak voor hem de weg op en hij valt, zo ongelukkig dat hij een hoge dwarslaesie oploopt. De vrouw is nergens meer te vinden. Omdat zijn werkgever een collectieve ongevallenverzekering heeft afgesloten, gaat Frits ervan uit dat hij een vergoeding zal krijgen. Maar hij komt voor een onaangename verrassing te staan.
Goed werkgeverschap
De werkgever van Frits heeft de ongevallenverzekering afgesloten via een tussenpersoon. Die tussenpersoon legt op de website uit dat een collectieve ongevallenverzekering gezien wordt als een uiting van goed werkgeverschap. Op die manier help je een werknemer als hem of haar iets noodlottigs overkomt. Dit wordt ook bevestigd door de werkgever, die Frits bezoekt tijdens zijn verblijf in de revalidatiekliniek. Gesproken wordt over de ongevallenverzekering en de werkgever bevestigt dat Frits zich wat dat betreft geen zorgen hoeft te maken. Frits verleent uiteraard alle hulp bij het verkrijgen van de verzekeringsuitkering. Hij verstrekt medische gegevens en onderhoudt het contact met de verzekering.
Werkgever houdt verzekeringsgeld
Alles loopt goed en de verzekeraar keert € 60.000 uit aan de werkgever. De werkgever heeft de polis afgesloten, dus er gaan dan nog geen alarmbellen rinkelen bij Frits. Na een paar weken informeert hij bij de werkgever of het bedrag al naar hem is overgemaakt. En dan komt de aap uit de mouw. De werkgever wijst Frits erop dat de werkgever verzekeringnemer en begunstigde is op de polis. De werkgever zal helemaal niets doorbetalen aan Frits.
Gevoelsmatig versus juridisch
Gevoelsmatig heeft Frits het recht aan zijn kant. Hem is immers het ongeval overkomen. Hij heeft alle informatie gedeeld. Ook het doel van de verzekering is duidelijk. Juridisch ligt dit helaas ingewikkelder. De ongevallenverzekering is een sommenverzekering. Dat betekent dat er een vast bedrag wordt uitgekeerd bij een bepaald gevolg, zoals blijvende invaliditeit. Dat bedrag is gelijk, ongeacht de hoogte van de daadwerkelijke schade. Uitgangspunt is in dat geval dat de begunstigde de uitkering ontvangt en in het geval van Frits is de werkgever aangemerkt als begunstigde. Frits bepleit dat dit niet betekent dat de werkgever het uitgekeerde bedrag kan houden. Het was volgens hem de bedoeling van de werkgever om het bedrag toe te kennen aan degene die het ongeval overkomt.
Discussies voorkomen
In 2008 heeft de kantonrechter geoordeeld dat een ongevallenverzekering is afgesloten ten behoeve van de werknemer, zodat de uitkering aan de werknemer toekomt. Maar in andere gevallen hebben rechters geoordeeld dat gekeken dient te worden naar de vraag of de ongevallenverzekering gezien kan worden als een arbeidsvoorwaarde. Alleen als dat het geval is, kan de ontvangen uitkering aan de werknemer toekomen. Ook de juridische beginselen van redelijkheid en billijkheid kunnen een oplossing bieden. Het is immers pertinent onredelijk dat de werkgever in dit geval de uitgekeerde som opstrijkt.
De zaak van Frits loopt nog, dus daar hopen we het beste van. Om discussies te voorkomen raden wij werknemers aan om te controleren of hun werkgever een ongevallenverzekering heeft afgesloten. Als dat zo is, vraag dan na wie de begunstigde is op de polis. Een gewaarschuwd werknemer telt voor twee.
UPDATE: de rechter heeft zich over deze zaak uitgesproken. Lees hier of de werkgever zijn vergoeding alsnog wel of niet krijgt.
Heeft u vragen over dit onderwerp, in uw specifieke situatie, neem dan gerust contact met mij op. Telefonisch via tel. 0172 – 42 71 94 of vul het contactformulier in.
Dit artikel verscheen in de rubriek De Regels in de september-editie van Dwarslaesie Magazine. Berntsen Mulder Advocaten werkt samen met Dwarslaesie Organisatie Nederland (DON), de organisatie die het magazine uitgeeft.