Als op zaterdagnacht Jeffrey (*) met twee vrienden in de kroeg staat, wordt hij aangesproken door een kerel die vindt dat ze op de verkeerde plek staan. Jeffrey heeft geen zin in gedoe en gaat met zijn maten ergens anders staan.
Even later vertrekken ze. Voor het café staan ze nog even een sigaret te roken. Een man komt naar buiten en spreekt het drietal aan. Dan komt een tweede man naar buiten lopen. Hij loopt naar de drie vrienden toe en deelt direct een klap uit. Uit de camerabeelden blijkt dat Jeffrey daarna terugslaat en dat hij iets uit zijn zak lijkt te halen en daarmee ook probeert te slaan. Op dat moment komt er een derde persoon uit het café. Deze persoon slaat het slachtoffer met een bierflesje en als het slachtoffer op de grond valt, gaan de belagers door met slaan en schoppen.
Jeffrey heeft na afloop zijn hand op meerdere plaatsen gebroken, een hersenschudding, een groot gat en sneeën in zijn hoofd en een gebroken neus.
Onmogelijk om te werken
Jeffrey is haarstylist en kan voorlopig niet werken. De kapsalon waar Jeffrey werkt, betaalt het loon door, moet re-integratiekosten maken en heeft juridische kosten. De kapsalon stelt de drie daders aansprakelijk en wil schadevergoeding.
De daders vinden dat zij de kapsalon geen schadevergoeding hoeven te betalen. Het was Jeffrey zijn eigen schuld (artikel 6:101 BW). Jeffrey had zelf een actieve rol in het geweld. Hij nam op eigen initiatief deel aan het gevecht. Hij had gezorgd voor escalatie van het geweld omdat hij zelf een voorwerp (bierflesje?) uit zijn zak haalde en daarmee geprobeerd heeft te slaan. Daarmee zou Jeffrey het bewuste risico geaccepteerd hebben dat hij verwondingen zou oplopen. En bovendien had hij veel alcohol gedronken.
Hierover moet het Gerechtshof in Den Bosch in hoger beroep oordelen.
Eigen schuld?
De eerste vraag die het Gerechtshof behandelt is de vraag of er sprake is van eigen schuld. Artikel 6:101 uit het Burgerlijk Wetboek gebruikt daar een tweetrapsraket voor.
- De causaliteitsafweging
De schade wordt over een slachtoffer en de aansprakelijke partij naar evenredigheid verdeeld door naar alle omstandigheden te kijken. Kortom, in welke mate heeft het gedrag van Jeffrey bijgedragen aan het ontstaan van het letsel. En in welke mate heeft het gedrag van de aangesproken mannen bijgedragen aan het ontstaan van het letsel van Jeffrey? Bij deze afweging kijkt de rechter dus alleen naar wat er gebeurd is en (nog) niet naar de mate van verwijtbaarheid van het gedrag. - Billijkheidscorrectie
Bij de billijkheidscorrectie wordt dan gekeken naar onder meer de mate van verwijtbaarheid van het gedrag. In die fase kijkt de rechter of de uitkomst van de eerste afweging een ‘billijke’ uitkomst is en kan de rechter de uitkomst van de causaliteitsafweging corrigeren.
Wat zegt het Gerechtshof in het geval van Jeffrey? Het Gerechtshof oordeelt (lees de uitspraak hier) dat Jeffrey met zijn vrienden een sigaret stond te roken. Dat eerst één persoon naar buiten komt en daarna de tweede die vrijwel direct een klap uitdeelt. Daarna escaleert het snel.
Het hof oordeelt dat onder die omstandigheden niet te begrijpen is dat sprake is van eigen schuld van Jeffrey. De aanstichter van het geweld is de jongen die het café uitkomt en schijnbaar vanuit het niets begint te slaan. Daarna mengen ook de andere twee mannen zich in de ‘orgie van geweld’, zo geeft het hof aan. Het hof ziet niet in hoe het slachtoffer zich aan dit geheel had kunnen onttrekken. Het alcoholgebruik als argument dat Jeffrey het letsel aan zichzelf te danken heeft wijst het hof ook af.
Omdat bij stap 1 het eigen-schuld-verweer al strandt, komt het hof ook niet toe aan de billijkheidscorrectie. De drie mannen zijn aansprakelijk voor het letsel van Jeffrey.
Re-integratiekosten
Dan komt nog een interessante vraag aan bod. De salonmanager van de kapsalon heeft tien weken re-integratiewerkzaamheden verricht om Jeffrey te helpen met re-integreren. Die uren worden tegen haar normale uurloon als schade opgevoerd. Ook daar voeren de mannen verweer tegen. Zij stellen dat deze re-integratiewerkzaamheden tot het normale werk van de salonmanager behoren en dat het dus geen schade is die vergoed kan worden. Daarmee miskennen de mannen de tekst van de wet (Artikel 6:107a lid 3 BW). Ook de re-integratiekosten moeten vergoed worden.
En als Jeffrey zelf iemand ingeschakeld zou hebben om hem te helpen bij zijn re-integratie, zou hij die kosten dan hebben kunnen verhalen op de mannen? Ja, dat kan. Dan mag de werkgever die kosten ook verhalen. Het hof wijst er verder nog op dat ook op grond van artikel 6:96 lid 2 onder a BW, deze kosten, als kosten ter beperking van schade, vergoed kunnen worden.
Advocaatkosten en kantoorkosten
Hoe zit het met de kosten voor juridische bijstand? Ook die kosten worden toegewezen, inclusief de kantoorkosten.
Wat is de eindafrekening van dit avondje stappen?
- € 4.975,19 netto loon + re-integratiekosten
- € 716 proceskosten
- € 759 advocaatkosten in de procedure
- € 157 nakosten
- € 1556,12 juridische kosten voorafgaand aan de procedure
- € 379,50 kosten incidenteel hoger beroep
Dat maakt in totaal € 8.542,81, naast de taakstraf en de eigen advocaatkosten van de mannen.
Bedenk wat je daarmee voor leuke dingen kunt doen. Het zijn in ieder geval heel veel biertjes.